Franchiseovereenkomst ontbonden. Franchisenemer is toerekenbaar tekortgeschoten en gedurende de nog resterende looptijd de franchisefee jegens de franchisegever verschuldigd, nu zulks naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet onaanvaardbaar is, alsmede de overeengekomen boete op grond van vertraging in de voldoening van de maandelijkse fee. Beroep van de franchisegever op het concurrentiebeding wordt verworpen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Tussenvonnis tot benoeming deskundige ter bepaling van omvang goodwillwaarde en tevens tot rectificatie van eerder tussenvonnis (ECLI:NL:RBROT:2021:13108).
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Vordering betaling contractuele boete franchiseovereenkomst in verband met overtreding non-concurrentiebeding, geheimhoudingsclausule e.o tevens vordering nakoming franchiseovereenkomst. Gedeeltelijke toewijzing, matiging boete.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Geen dwaling bij franchiseovereenkomst op grond van omzetprognose; ook geen toerekenbare tekortkoming/onrechtmatige daad/bedrog/misleiding/onvoorziene omstandigheden/geen strijd met artikel 6 lid 1 Mededingingswet/geen strijd met de artikelen 6:233,6:236,6:237 BW.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Financiële afwikkeling na opzegging van de franchiseovereenkomst. Het gerechtshof bepaalt dat een deskundigenonderzoek wordt verricht naar twee vragen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Franchisenemer vordert (o.a.) in incident dat hij de franchiseonderneming kan blijven voortzetten. Kantonrechter heeft in eerste aanleg namelijk de franchiseovereenkomst wel beëindigd, maar de huurovereenkomst niet. Vanwege het exclusiviteitsbeding opgenomen in de huurovereenkomst en het doorlopen van de huurovereenkomst, is franchisenemer gehouden huur door te betalen, maar kan hij feitelijk niks met de bedrijfsruimte. Franchisenemer is bang dat doorbetalen tot zijn faillissement zal leiden. De door franchisenemer ingestelde incidenten worden afgewezen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Opzegging franchiseovereenkomst. De bedrijfseconomische en strategische argumenten van de franchisegever voor opzegging zijn voldoende aannemelijk gemaakt. Gelet op de jarenlange relatie tussen partijen, de verwachtingen bij franchisenemer tot het moment van de mededeling op 15 juli 2020 dat de franchiseovereenkomst niet zou worden beëindigd, de omstandigheid dat franchisenemer geen verwijt kan worden gemaakt van de opzegging en de afhankelijke relatie waarin de franchisenemer zich bevindt, acht het hof de opzegging zonder deze te vergezellen van een (passend) aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. De franchisegever heeft zich onvoldoende rekenschap gegeven van de belangen van de franchisenemer bij haar opzegging. Volgt verwijzing naar de schadestaat.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Opzegging franchiseovereenkomst. De bedrijfseconomische en strategische argumenten van de franchisegever voor opzegging zijn voldoende aannemelijk gemaakt. Gelet op de jarenlange relatie tussen partijen, de verwachtingen bij franchisenemer tot het moment van de mededeling op 15 juli 2020 dat de franchiseovereenkomst niet zou worden beëindigd, de omstandigheid dat franchisenemer geen verwijt kan worden gemaakt van de opzegging en de afhankelijke relatie waarin de franchisenemer zich bevindt, acht het hof de opzegging zonder deze te vergezellen van een (passend) aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. De franchisegever heeft zich onvoldoende rekenschap gegeven van de belangen van de franchisenemer bij haar opzegging. Volgt verwijzing naar de schadestaat.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Beëindiging franchiseovereenkomst. Vordering van franchisegever tot betaling van achterstallige betalingen en marketingbijdragen wordt deels toegewezen. Vordering tot betaling van de uittreedvergoeding wordt afgewezen, nu de verplichting tot betaling daarvan voldoende kenbaar moet zijn blijkens de statuten. Daar is geen sprake van. Vordering van franchisenemer tot betaling van omzetverlies dan wel gederfde winst, doordat franchisegever tekort is geschoten in haar zorgplicht als goed franchisegever wordt afgewezen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Eiseres (ex-franchisenemer) vordert vernietiging van een arbitraal vonnis. Zij voert daartoe drie gronden aan: (i) er is geen geldige arbitrageovereenkomst tot stand gekomen tussen partijen, (ii) de vaststellingsovereenkomst en de daarmee samenhangende arbitrageovereenkomst is niet gesloten met eiseres, maar met haar commanditaire vennootschap en (iii) het arbitrale vonnis is in strijd met de openbare orde. Het gerechtshof stelt vast dat alle drie de vernietigingsgronden niet opgaan in dit geval. De vordering tot vernietiging van het arbitraal vonnis wordt afgewezen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.