Jurisprudentie

Filter
20-01-2015
Gerechtshof Amsterdam, ECLI:NL:GHAMS:2015:137

Tussentijds hoger beroep van deelvonnis. Franchiseovereenkomst. Schade door leveringsproblemen is nog onderwerp van bewijslevering. Echter geen winstderving meer vanaf dat producten door derde werden geleverd.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

23-12-2014
Gerechtshof Amsterdam, ECLI:NL:GHAMS:2014:5819

Franchiseovereenkomst. Procedure tussen franchisenemer en development agent van franchisegever. Onrechtmatige daad development agent, omdat hij willens en wetens onjuiste informatie heeft verstrekt aan de (aspirant) franchisenemer.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

18-12-2014
College van Beroep voor het bedrijfsleven, ECLI:NL:CBB:2014:457

Het CBb heeft geoordeeld dat er onvoldoende bewijs voorhanden was om tot het oordeel te kunnen komen dat een aantal thuiszorgaanbieders in strijd met artikel 6 Mededingingswet hadden afgesproken niet in elkaars gebied te werken. Uit de bewijsstukken kwam inderdaad naar voren dat thuiszorgaanbieders hadden afgesproken elkaar niet te beconcurreren. Maar de andersluidende uitleg van de thuiszorgaanbieders dat slechts een eventueel te ontwikkelen franchiseformule werd verkend, kon ook niet worden uitgesloten.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen. 

15-12-2014
Rechtbank Oost-Brabant, ECLI:NL:RBOBR:2014:8133

Franchiseovereenkomst opgezegd conform de franchiseovereenkomst. Geen aanleiding voorschot op schadevergoeding toekennen. Of de franchisegever in redelijkheid geen gebruik had kunnen maken van de opzeggingsmogelijkheid of een langere opzegtermijn had moeten hanteren waardoor de franchisegever schadeplichtig zou zijn, is niet geschikt om in kort geding te onderzoeken. Hiervoor is nader onderzoek vereist.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen. 

18-11-2014
Gerechtshof 's-Hertogenbosch, ECLI:NL:GHSHE:2014:4741

NS Stations heeft de huurovereenkomst met betrekking tot Grand Café La Gare du Sud in het Centraal Station van [vestigingsplaats] opgezegd, waarmee de huurder niet heeft ingestemd, en heeft vervolgens bij de kantonrechter een vordering ingesteld tot het vaststellen van het tijdstip waarop de huurovereenkomst eindigt. Aan deze vordering heeft NS Stations ten grondslag gelegd dat zij het gehuurde dringend nodig heeft voor eigen gebruik in het kader van de geplande verbouwing van het station en met name van de aanleg van een nieuwe reizigerstunnel.

De kantonrechter acht het dringend eigen gebruik aanwezig. Hij heeft de vordering toegewezen en heeft daarbij bepaald dat de huurovereenkomst op 1 oktober 2013 eindigt. De huurder komt daartegen op in dit hoger beroep. Ook het hof acht het dringend eigen gebruik aanwezig. De zaak wordt aangehouden om de huurder in de gelegenheid te stellen het gehele, in zijn opdracht opgestelde rapport over te leggen waarmee hij onderbouwt dat hij verhuis- en herinrichtingskosten zal maken en om te laten reageren op wat NS Stations over die kosten heeft aangevoerd.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

17-11-2014
Rechtbank Den Haag, ECLI:NL:RBDHA:2014:16599

Startend ondernemer, franchisenemer, heeft een huurovereenkomst gesloten met een derde. Het beroep op het in de huurovereenkomst opgenomen financieringsvoorbehoud slaagt.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

11-11-2014
Rechtbank Den Haag, ECLI:NL:RBDHA:2014:16502

Beroep op dwaling bij aangaan van huur- en dealerovereenkomst niet gehonoreerd.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

06-10-2014
Rechtbank Rotterdam, ECLI:NL:RBROT:2014:8895

Kort geding. Franchisenemer vordert vernietiging van de franchiseovereenkomst op grond van dwaling. Franchisegever heeft volgens hem onjuiste omzet- en winstprognoses verstrekt. Franchisegever vordert nakoming van de franchiseovereenkomst en in het bijzonder het non-concurrentiebeding. De voorzieningenrechter oordeelt dat het vooralsnog onvoldoende aannemelijk is dat de franchiseovereenkomst rechtsgeldig is vernietigd, zodat de franchisenemer gehouden is om zich aan het non-concurrentiebeding te houden.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.

28-08-2014
Rechtbank Noord-Nederland, ECLI:NL:RBNNE:2014:4715

Franchisenemer vordert nakoming van de levering van voorraad door de franchisegever. De beoordeling hiervan komt neer op beantwoording van de vraag of de franchisegever de levering mag opschorten, omdat franchisenemer de betaling van de franchisefee heeft opgeschort. Dat is naar het oordeel van de voorzichtenrechter niet het geval, onder meer omdat tussen de vordering tot levering en de vordering van de franchisegever, welke ziet op betaling van de fee, onvoldoende samenhang bestaat. In kort geding vastgesteld worden dat opschorting door de franchisenemer niet iedere grondslag is ontbloot. Voort is het stopzetten van de leveranties, gelet op de omstandigheden van het geval, waaronder de afhankelijke positie van de franchisenemer, een te ingrijpende reactie. Volgt toewijzing.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen. 

16-07-2014
Rechtbank Den Haag, ECLI:NL:RBDHA:2014:8667

Kort geding; partijen hebben franchise-overeenkomsten gesloten, die inmiddels zijn geëindigd; gedaagde werkt mee aan afwikkeling van die overeenkomsten voor wat betreft het ontruimen van de winkel en teruggave van alle tot het concern behorende inventaris; gedaagde dient zich te houden aan het non-concurrentiebeding dat onderdeel uitmaakt van de franchise-overeenkomst op de wijze als in het vonnis vermeld.

Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.