Verzoekers hebben een onderhuurovereenkomst gesloten waarop de bepalingen van de hoofdhuurovereenkomst onverkort van toepassing zijn. Tevens hebben verzoekers een franchiseovereenkomst gesloten. Verzoekers vragen goedkeuring van een aantal bedingen uit de franchiseovereenkomst. In artikel 25.2 van de franchiseovereenkomst is opgenomen dat partijen vaststellen dat de huurovereenkomst onlosmakelijk verbonden is met de hoedanigheid van de huurder als franchisenemer. Het beding in dit artikel is in strijd met artikel 7:231 BW. De kantonrechter heeft niet de bevoegdheid de afwijking van dit artikel goed te keuren. De overige bedingen worden, ondanks wezenlijke aantasting van de rechten van de huurder, goedgekeurd. De hoofreden hiervoor is dat de huurder er belang bij heeft dat bij einde van de franchiseovereenkomst ook de huurovereenkomst ten einde komt.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen
De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft op 29 juni 2010 bepaald dat Plassania Beheer B.V. een achttal horecagelegenheden die zij huurt van Heineken dient te ontruimen, in verband met een huurachterstand van in totaal € 463.910,70. Van de acht horecagelegenheden zijn er vier gelegen in Amsterdam, twee in Eindhoven en twee in Nijmegen. Plassania Beheer B.V. kan de ontruiming voorkomen, indien zij de huurachterstand alsnog binnen veertien dagen betaalt.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Samenloop franchise en (onderhuur). Geen gemengde overeenkomst, maar twee separate overeenkomsten. Afwijkende huurbedingen zijn niet goedgekeurd door de kantonrechter, zodat de bepalingen die van het (semi)dwingendrechtelijke huurrecht afwijken niet gelden. De opzegging van de huur op de gronden afweging van belangen en niet gedragen als goed huurder leiden niet tot het einde van de huurovereenkomst. Bij opzegging van de hoofdhuurovereenkomst heeft onderverhuurder onvoldoende de belangen van de onderhuurder in acht genomen, waardoor onderverhuurder aansprakelijk is voor de door onderhuurder geleden schade. Geen overtreding door franchisegever van exclusiviteits/concurrentiebepalingen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Pensioenverevening (betrokken partijen zijn een vrouw, de man, en de BV van de man). De vrouw stelt dat de stamrechtaanspraken die de man jegens de BV heeft voor verevening in aanmerking komen. De rechtbank volgt de vrouw niet in deze stelling. De vrouw vordert afstorting van de helft van het vereveningsdeel van het in eigen beheer opgebouwde ouderdomspensioen, en zekerheidstelling in de vorm van een (aflopende) bankgarantie ter zake van haar aanspraken op bijzonder partnerpensioen. Bij tussenvonnis is de vrouw gevraagd om berekeningen ter zake van het doelvermogen dat nodig is voor het nakomen van aan aanspraken op het vereveningsdeel van het ouderdomspensioen alsmede op het partnerpensioen in het geding te brengen. De vrouw heeft niet tijdig de mededeling ex art. 2 WVPS gedaan aan de “externe” pensioenverzekeraars – en fondsen bij wie de man ouderdomspensioen heeft opgebouwd. Om die reden vordert de vrouw dat de man machtigingen verstrekt aan de man “externe” pensioenverzekeraars – en fondsen, zodat zij t.z.t. de helft van het vereveningsdeel van het ouderdomspensioen aan de vrouw zullen betalen. De vordering zal bij eindvonnis worden toegewezen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Beëindiging franchiseovereenkomst, verschuldigdheid entreegeld, onvoorziene omstandigheden
Klik HIER om de volledie uitspraak te lezen.
Beoordelingsmaatstaf inzake een kort geding tot opheffing van een conservatoir beslag, mede in het licht van de summierlijke onderbouwing van het beslagrekest.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Beeindiging franchiseovereenkomsten met betrekking tot de exploitatie van een tweetal Burger King restaurants wegens betalingsachterstanden. Dat nadere afspraken zijn gemaakt die aan een beeindiging in de weg staan, is niet aannemelijk geworden. Vordering tot ontruiming van het pand waarin één van de restaurants wordt geexploiteerd toegewezen op grond van de omstandigheid dat het gebruik van dit pand onlosmakelijk is verboden met de exploitatie van het restaurant in dat pand en voorts omdat de huur al geruime tijd niet meer is betaald.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Internationaal bevoegdheidsincident. Beroep op forumkeuze in franchiseovereenkomst, inhoudende dat de Nederlandse rechter bevoegd is. Artikel 23 Brussel I-Vo (EEX-Vo). Betwisting partij bij overeenkomst. Uitleg. Derdenbeding. Van de forumkeuze in de franchiseovereenkomst ("geschillen zullen worden voorgelegd aan de bevoegde burgerlijk rechter in Nederland) maakt geen bepaling deel uit bij welke rechter in Nederland de betreffende vordering aanhangig dient te worden gemaakt (relatieve bevoegdheid). Nu gedaagde gebonden is aan genoemde forumkeuze en geen beroep heeft gedaan op de relatieve onbevoegdheid van deze rechtbank, is deze rechtbank Rotterdam ingevolge de artikelen 109 en 110 Rv bevoegd om van de vorderingen kennis te nemen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Schending verplichting franchisegever door franchisenemer onvoldoende te ondersteunen bij de invoering van een nieuwe formule. Geen vrijheid voor franchisegever om de overeenkomst met franchisenemer eenzijdig te wijzigen.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.
Franchiseovereenkomst.
Onvoldoende gesteld om te kunnen aannemen dat er aan de zijde van franchisegever sprake is van een tekortkoming in de nakoming van de franchiseovereenkomst die de ontbinding daarvan en/of de aanspraak op schadevergoeding rechtvaardigt. Vorderingen in conventie afgewezen. Vorderingen in reconventie, gegrond op franchiseovereenkomst en de daaraan gekoppelde huurovereenkomst, zijn grotendeels toewijsbaar.
Klik HIER om de volledige uitspraak te lezen.